bios-instellingen aanpassen
© istock.com/Yuri_Arcurs

Je hebt net een volledige computer gebouwd. Hij maakt echter veel te veel lawaai en is trager dan zou mogen. Door een aantal BIOS-instellingen aan te passen zijn die problemen echter zo van de baan. Je nieuwe pc staat al voor een groot deel ingesteld, nog voor je Windows geïnstalleerd hebt. Je kan BIOS-instellingen onder andere gebruiken om je RAM en CPU te ‘overklokken’ en dus sneller te maken. Met een aantal extra instellingen kan je het lawaai dat de pc maakt bovendien flink verminderen. Daarvoor zul je wel een beetje moeten rondneuzen: elke fabrikant ordent de instellingen op een andere manier.

Stap 1 / Toegang krijgen tot de BIOS

Er zijn een aantal manieren waarop je toegang kan krijgen tot de BIOS of UEFI, soms ook wel ‘firmware interface’ genoemd. Dat kan door op een bepaalde knop te duwen tijdens het opstarten van de pc – vaak is dit de deleteknop. Hiervoor moet je wel echt snel zijn. Een makkelijkere manier is om in Windows 10 of 11 het startmenu te openen en daar de op de aan-uitknop te duwen. Vervolgens hou je de shift-knop op je toetsenbord ingedrukt en start je de pc opnieuw op. In het blauwe scherm dat hier verschijnt kies je achtereenvolgens voor ‘troubleshoot’, ‘advanced options’ en dan ‘UEFI Firmware Settings’.

Zo ziet de BIOS van ons MSI B650 Carbon-moederbord eruit.

Stap 2 / RAM op snelheid brengen

Bij het bouwen van een computer kies je niet alleen bewust voor een bepaalde hoeveelheid RAM-geheugen, maar ook voor een bepaalde snelheid. In veel gevallen zal je echter zien dat de daadwerkelijke snelheid niet overeen komt met wat er op de verpakking staat. Fabrikanten doen dit om de stabiliteit van het systeem te garanderen: als het RAM-geheugen té snel wordt ingesteld, kan de computer namelijk crashen. Om het werkgeheugen op snelheid te brengen moet je naar de ‘overclock’-settings van het moederbord navigeren. Dikwijls zit deze categorie verborgen onder een geavanceerde modus. Hieronder zoek je naar een instelling om het zogenoemde XMP-profiel aan te passen. Doorgaans is optie 1 de snelste, maar ook minst stabiele keuze. Crasht de pc af en toe? Twijfel dan niet om een iets minder snel XMP-profiel te kiezen.

De instellingen voor het XMP-profiel vind je vaak onder het ‘overclock’-menu.

Stap 3 / Secure boot & fast boot

Onder een ander tabblad, Settings, staan in ons BIOS de algemene instellingen voor het moederbord, waaronder voor het opstarten van de pc. Onder de boot-opties is het een goed idee om Fast boot in te schakelen: dit zorgt ervoor dat de pc sneller kan opstarten. Onder het tabblad Security vind je bovendien de optie Secure boot. De instelling zorgt er voor dat malware niet zomaar toegang kan krijgen tot het systeem en staat verplicht ingeschakeld als je Windows 11 gebruikt. Wil je Linux installeren of wil je van die upgrademeldingen over Windows 11 af? Dan kan je Secure boot gerust uitschakelen. Een andere manier om een update naar Windows 11 te voorkomen is door de Trusted Platform Module of TPM uit te schakelen. Vaak vind je de instelling bij het security-tabblad, onder Trusted Computing. In sommige gevallen staat TPM reeds uitgeschakeld. Je kan de module later weer inschakelen als je toch Windows 11 wil proberen.

Stap 4 / De pc stiller maken

Hoewel je voor de meeste BIOS-instellingen al naar de geavanceerde weergave moet, kan je zogenaamde fan-curves aanpassen. Hier bepaal je de relatie tussen de CPU-temperatuur en hoe hard de ventilatoren draaien. Als je wilt dat de pc stiller is, kan je aan het begin van de grafiek de punten wat naar beneden trekken. Of je CPU nu 30, 40 of 50 graden celsius rapporteert tijdens het instellen van deze curve, maakt niet uit. Belangrijker is dat de CPU goed gekoeld kan worden wanneer hij intensief rekenwerk verricht. Aan de rechterkant van de grafiek ligt de lijn daarom heel wat hoger. Door een goed evenwicht te zoeken tussen de temperatuur en de snelheid van de ventilators kan je de pc heel wat stiller maken dan hij eerst was.

Je kan de snelheid van de ventilators aanpassen met een simpele grafiek.

Stap 4 / Instellingen opslaan

Belangrijk is natuurlijk dat je de aangepaste BIOS-instellingen goed opslaat. Daarvoor sluit je de BIOS af en kies je voor ‘exit saving changes’. Het systeem zal zichzelf opnieuw opstarten en meteen gebruik beginnen maken van je nieuwe instellingen.