Of het nu vakantiefoto’s, elkaars muziekbibliotheken of oude homevideo’s zijn: je hebt altijd wel iets om te delen met de rest van de familie. Openbare mappen in Windows zijn een makkelijke manier om iedereen op je netwerk toegang te geven tot de belangrijkste bestanden. Windows biedt een handige functie om mappen te delen op je thuisnetwerk. Zo kan iedereen gemakkelijk toegang krijgen, wat heel handig is om bestanden snel te delen met huisgenoten of familieleden. Je kan een hele organisatie maken met submappen om foto’s, video’s of andere belangrijke familiedocumenten te bewaren. In deze workshop leggen we uit hoe je in een handomdraai mappen deelt op je thuisnetwerk.
Stap 1: netwerkdetectie inschakelen
Als eerst is het belangrijk om Netwerkdetectie in te schakelen op je systemen. Dit werkt hetzelfde op zowel Windows 10 als Windows 11. Ga naar het configuratiescherm, klik op ‘Netwerk en Internet’ en ga vervolgens naar ‘Netwerkcentrum’. Let op dat het configuratiescherm niet hetzelfde is als de Instellingen-app. Als je niet het juiste scherm kan vinden, typ je ‘Configuratiescherm’ in de zoekbalk van Windows.
Stap 2: delen inschakelen
In de balk aan de linkerkant van het netwerkcentrum zie je ‘Geavanceerde instellingen voor delen wijzigen’ staan. Klik erop. Onder het kopje ‘Alle netwerken’ kan je vervolgens ‘Delen inschakelen’ aanvinken. Als je dit doet en alle wijzigingen opslaat, heb je je pc klaargemaakt om bestanden te delen in de openbare mappen.
Stap 3: netwerkdetectie inschakelen controleren
In hetzelfde menu als waar je de deel-optie inschakelt, kan je ook de optie ‘Netwerkdetectie’ inschakelen. Die zie je staan onder het kopje ‘Particulier netwerk’. Dit moet je ook inschakelen om bestanden te kunnen delen. Ook kan je het doen voor openbare netwerken, maar dan is het moeilijk om in te schatten wie er allemaal toegang krijgt tot de bestanden die je deelt.
Stap 4: zoek de openbare mappen
Open Windows Verkenner, ga naar je C-schijf en navigeer naar ‘Gebruikers’. Hier zou een map getiteld ‘Openbaar’ moeten staan. Dit is de locatie waar je bestanden kan plaatsen die je wilt delen. Standaard staan hier al vijf submappen in, wat de organisatie makkelijk maakt. Windows-apparaten op jouw thuisnetwerk kunnen naar deze locatie navigeren om de bestanden te vinden.
Tip: zo weet je welke bestanden je deelt
Open de adresbalk en typ ‘\\localhost’ in de adresbalk. Als je een bestand hebt gedeeld vanuit een map in je gebruikersprofiel en je naar \\localhost gaat, zie je daar je gebruikersprofiel en alle bijbehorende bestanden. Dit betekent niet dat al je bestanden worden gedeeld, alleen maar dat je toegang hebt tot al je eigen bestanden.