Het Instituut voor Mediastudies van de Katholieke Universiteit Leuven heeft onderzoek gedaan naar het internetgebruik van de Belgische 9- tot 16-jarigen. Jongeren brengen gemiddeld 86 minuten per dag online door. Toch blijkt dat ze niet altijd zo digitaal vaardig zijn als we soms denken.
De onderzoekers stelden vast dat 27 procent van de Belgische jongeren soms hinder ondervindt van overmatig internetgebruik. Dat kan zich vertalen in minder inzet voor schoolwerk en sociale activiteiten, het overslaan van maaltijden of slaapgebrek.
“Deze groep bezondigt zich af en toe aan overmatig internetgebruik, zonder dat het echt problematisch wordt,” legt professor Leen d’Haenens uit. “We spreken pas van een internetverslaving als het kind op alle vragen bevestigend antwoord. Voor België gaat het om minder dan 1 procent van de kinderen.”
Veilig online
Toch missen sommige jongeren nog de vaardigheden om op een veilige manier online te gaan. Slechts 35 procent van de 9- tot 12-jarigen weet hoe ze ongewenste reclame of spam kunnen blokkeren, en 38 procent kan de privacy-instellingen van een sociale netwerksite aanpassen. Bij de 13- tot 16-jarigen weet 74 procent hoe ze beide taken moeten uitvoeren.
Surfen op internet gebeurt nooit zonder risico. Jongeren grijpen zelf het vaakst in bij zogenaamde contactrisico’s, waarbij er sprake is van communicatie tussen internetgebruikers. Ze verwijderen ongewenste berichten (43 procent), of blokkeren de afzender (46 procent). Van contentrisico’s trekken de 9- tot 16-jarigen zich minder aan. 59 procent doet helemaal niets na het zien van ongewenste pornografische beelden.
De onderzoekers pleiten voor initiatieven om ouders bewust te maken van de risico’s. Afhankelijk van het type risico meent 40 tot 60 procent van de ouders onterecht dat hun kind er nog niet mee in aanraking is gekomen.