Een Limburgse professor computerwetenschappen kan op basis van Twitterberichten de beurskoers van de Dow Jones voorspellen.
Limburger Johan Bollen doceert computerwetenschappen aan de universiteit van Indiana in de Verenigde Staten. Samen met een team van studenten en onderzoekers schrijft hij programma’s om, op basis van informatie die op sociaalnetwerksites te vinden is, de gemoedstoestand van mensen te bepalen.
“Onze bedoeling: een soort van collectieve gemoedstoestand vast te leggen”, aldus Johan Bollen. In samenwerking met de microblogdienst analyseerde zijn team daarom alle Twitterberichten die in 2008 werden verstuurd, tien miljoen stuks.
Dezelfde tendens
Om te controleren of die resultaten overeenkwamen met het echte leven, vergeleek het team van Bollen de uitkomst van dat onderzoek met tal van andere indexen. “Zoals consumentenbarometers, waarbij we vaststelden dat onze formules behoorlijk accuraat bleken. Maar hét kippenvelmoment was toen we onze resultaten naast de koers van de Dow Jones legden, Amerika’s oudste aandelenindex. Hoe grillig onze gevonden gemoedtoestand ook evolueerde – van kalm plots naar zeer energiek – de koers van de Dow Jones bleek vier dagen later telkens diezelfde tendens te vertonen.”
Gecombineerd met een andere formule weet Bollen nu met een stellige zekerheid van 86,7 procent te voorspellen of de koers van de Dow Jones stijgt of daalt. "En we kunnen ook enigszins voorspellen met hoeveel punten, ook niet onbelangrijk als je weet hoeveel geld er in deze wereld omgaat."
Predictor
Bollen beklemtoont dat zijn onderzoek niet als doel had een soort van economische glazen bol te ontwikkelen. “We hebben dit eigenlijk maar heel toevallig ontdekt. Al blijkt uit de massale reacties op ons onderzoek dat beursspeculanten bijzonder veel interesse tonen voor ons rekenmodel. Het regent telefoontjes van mensen die er allerhande commerciële toepassingen in zien.”
De Amerikaanse media smullen ondertussen van de Twitter Predictor. “Ons rapport is eigenlijk nog maar twee weken klaar. Maar ondertussen zijn we op alle grote Amerikaanse televisiestations geweest, zoals CNBC, CNN en Bloomberg.”