Apple-baas Steve Jobs heeft in een open brief gereageerd op de heisa rond Flash op de iPhone en de iPad. Het tegenhouden van de software heeft volgens hem geen zakelijke maar technische redenen.
“Adobe beweert dat we een gesloten systeem hebben en dat Flash open is, maar in feite is het omgekeerd”, schrijft Jobs. Zo zegt hij dat Adobe als enige zeggenschap heeft over aanpassingen of de prijs, waardoor het “bijna per definitie een gesloten systeem is”.
Hij vult die uitspraak meteen aan door te zeggen dat Apple ook gesloten producten heeft, maar dat het wel gelooft dat webstandaarden open moeten zijn. Daarbij wijst Jobs naar HTML 5, CSS en Javascript, die hij wel steunt.
Een ander punt is de toegankelijkheid van video. Adobe argumenteert hier dat drie vierde van alle video’s op internet in Flash-formaat is. “Wat ze er niet bijzeggen is dat bijna al die video’s ook in een moderner formaat, H.264, beschikbaar zijn en te bekijken zijn op iPhones, iPods en iPads.” Voor YouTube is er dan weer een aparte speler aanwezig, al worden die filmpjes dan wel niet in de browser getoond.
“Flash doet Macs crashen”
Verder in de brief wordt Jobs iets harder voor Flash, specifiek over stabiliteitsproblemen en crashes. “We weten uit eerste hand dat Flash de voornaamste reden is dat Macs crashen. We hebben met Adobe samengewerkt om dit op te lossen, maar ze blijven volharden.” De reden voor de weigering op Apples mobiele toestellen luidt dus dat ze de stabiliteit en veiligheid in het gedrang brengen.
Dat laatste is wel opmerkelijk. In een recent interview met ZDNet zei Adobe-evangelist Serge Jespers nog dat het bedrijf wel crashrapporten van Apple doorkrijgt, maar dat die zelden volledig zijn. “Het grote verschil tussen Mac en Windows is dat we van Microsoft wel de nodige API’s krijgen. Op de Mac bestaan die ook, maar alleen Apple kan ze gebruiken”, aldus Jespers.
Over Flash op smartphones is Jobs al even cru. In het bijzonder over het feit dat Adobe Flash op mobiele toestellen al voor begin 2009 aankondigde en dit intussen heeft uitgesteld naar de tweede helft van 2010. “Wie weet hoe het zal presteren”, zegt het Apple-opperhoofd.
Ook gelooft hij niet in Flash op mobiele websites, vooral omdat die zijn ontwikkeld voor computers met een muis, en niet met een aanraakscherm.
De uitspraak over prestaties is opnieuw vreemd ten opzichte van Adobe. Zij hebben immers altijd beweerd dat ze geen enkele medewerking van Apple krijgen om Flash op de iPhone te krijgen.
Batterij
Volgens Jobs vereisen de meeste Flash-sites een oudere decoder voor de grafische verwerking ervan. Dat zorgt op huidige toestellen voor meer energieverbruik en dus een aanzienlijk slechtere batterijprestatie. Jobs zelf zegt dat dit de autonomie met de helft kan verminderen. Voor een iPhone zou dit dus drastische gevolgen hebben, want het toestel houdt het doorgaans maar één dag vol.
“Niet nodig”
Naar zijn conclusie toe verwijt Jobs Adobe dat het met zijn pogingen (zoals Flash-iPhone-applicaties in CS5) een tussenpersoon wordt, waardoor de innovatie en prestaties gehekeld kunnen worden.
“De lawine aan media die hun materiaal op Apples mobiele toestellen zetten toont dat Flash niet langer nodig is”, klinkt het op het einde van de brief.
Moddergevecht
De brief van Jobs is een uitgebreid antwoord van Apple op Adobe. Het meningsverschil tussen de twee bedrijven wordt de laatste maanden vooral in de technologiepers als moddergevecht uitgevochten. Wat ons vooral opvalt is dat de bedrijven de schuld naar elkaar blijven doorschuiven, met “de best mogelijke ervaring” als argument naar de gebruiker toe.